Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Deze hun [29]weg is een [30]dwaasheid van hen; nochtans hebben hun nakomelingen een welbehagen in hun [31]woorden. [32]Sela. 29. Dat is, manier van doen, leven en wandel. Zie Gen.6:12. 30. Anders, hoop; dat is, hetgeen waarop zij hun hoop en vertrouwen stellen. Omdat het Hebr. woord strijdige dingen betekent, somtijds dwaasheid, ongestadigheid, lichtvaardigheid, somtijds hoop, bestendigheid, vertrouwen; gelijk het Hebr. woord berech, zegenen, somtijds vloeken, en bij ons het woord hel, somtijds klaar, licht, luchtig ]betekent, somtijds de uiterste duisternis, en dergelijke meer, zo in onze als andere talen. 31. Hebr. mond; dat is, zeggen, leren, bevelen, gelijk de mond dikwijls genomen wordt voor hetgeen er uit gaat. De zin is: Zij doen na, gelijk de anderen voorgadaan hunner voorzaten behoorden te verfoeien. 32. Zie hfdst.3 vs.3.